District E: opmerkingen over wijzigingen van het plan

Tekst uitgesproken door Peter Struik op 11 januari 2022
Geachte voorzitter, raads- en commissieleden en overige aanwezigen,
Het was in de 2e helft van 2005 dat onder leiding van wethouder Schreurs de Gebiedsvisie “Verbinden en Verblijven” werd goedgekeurd door de Raad. De toenmalige wethouder waarschuwde dat bouwen in de spoorveiligheidszone een onbeheerst risico is, waarop het hele ontwikkeldossier langs de Station Zuidzijde zou kunnen sneuvelen.
Veertien jaar later, in 2019 zag ik bij een publieksbijeenkomst Wethouder Torunoglu en Gedeputeerde Van Merrienboer gezellig samen op een pluche bank zitten. Zij vertelden de aanwezigen hoe goed zij tot de keuze voor AMVEST waren gekomen in het tenderproces.
Weer 2 jaar later. 21 december 2021, tijdens een extra ingelaste digitale publieksbijeenkomst, vroeg één van de aanwezige kijkers hoe het stond met de veiligheid langs het spoor. AMVEST onwikkelingsmanager de heer Coopmans reageerde geprikkeld. Begrijpelijk want dit risico is nog steeds onbeheerst. Zoals een veiligheidsspecialist eerder dit jaar tegen mij sprak: “Bij een incident staat de wagon niet op de rails, maar naast de rails!”
Het wijzigen van het bouwplan lijkt een slimme zet, en was eigenlijk al in 2020 in voorbereiding. Het College en AMVEST wilde het Raad van State traject in 2021 opstarten om vaart te maken. Dit lijkt dus voorspoedig te gaan.
Wat niet goed gaat, is de totale mismatch vanuit het College richting bewoners en ondernemers. Er is géén samenspraak ondanks dat de afdeling communicatie iets anders opschrijft en rondstuurt.
De publieke uitspraak van een gemeentelijk projectleider dat alleen bestaande appellanten aanvullend bezwaar kunnen maken is onjuist. Wanneer er ook geen nadere uitleg door de Gemeente over planningen kan worden gegeven, staat men dus tandeloos te brabbelen.
De risico’s voor AMVEST worden alleen maar groter. Naast zeer forse prijsstijgingen, functie wijzigingen en nu vandaag ook weer een onvolledig dossier, niet alle bijlagen zijn tijdig aangeleverd, rommelt men zo door. Onvolledig en onjuist.
Door AMVEST is aangegeven dat de extra gehouden windonderzoeken negatief zijn. Bouwhoogtes moeten worden aangepast. Echter dit is niet vastgelegd, dus er is geen rechtszekerheid voor appellanten. “De torens
worden aan de onderzijde breder om de valwinden op te vangen. Je moet niet met stormwind over de terrassen lopen”, werd er toegelicht.
Waar het College stil over bleef, is het probleem grondwatervervuiling uit de omgeving o.a. Wanneer tijdens of na de bouw deze vervuiling zich gaat verplaatsen, vervalt de beheerverantwoordelijkheid bij de oud-vervuiler. Dan heeft de Gemeente Eindhoven er een fors probleem bij. Dat bleek uit nadere vragen aan de gemeente.
Uit een WOB-verzoek bleek verder… De kans op het verzakken van het Rijksmonument; Station Eindhoven Centraal tijdens of na de bouw. Dat vertelde het College niet. “Kent u of AMVEST dit risico?”
Door als College nu eerst met ProRail te starten met de nieuwe fietskelder aan de Zuidzijde, kan het College zich verschuilen als het mis gaat. Dan zit ProRail met de problemen. Een flitsende fietskelder met beschadigd station, met daarna ook nog woontorens langs de spoorlijn die tot een blijvend te groot veiligheidsrisico leiden, met extra klagende nieuwe bewoners, en met als klap voor Brainport; de spoorwegcapaciteit die niet meer kan worden uitgebreid, waardoor Eindhoven niet meer duurzaam kan groeien.
“Waarom wil dit College van VVD, CDA, PvdA en Groen Links zich op deze manier zo onderscheiden?”